Door Ger Leppers
Eerder verschenen op De Leesclub Van Alles
Virtuoos en met aanstekelijk plezier geschreven
Onmiddellijk na afloop van de druivenoogst barst in Frankrijk jaarlijks een regen van literaire prijzen los. Voor de belangrijkste ervan, de Prix Goncourt, was 2020 een goed jaar. De bekroning ging naar Hervé Le Telliers Anomalie, een bijzondere, speelse en meeslepende toekomstroman waar het schrijfplezier van afdruipt. Le Tellier is onder de Franse schrijvers van nu weliswaar niet de eerste maar zeker één van de besten, met een lange staat van dienst.
De plot van zijn roman is verrassend en ingenieus. Hetzelfde toestel van Air France landt twee keer in Amerika, met aan boord precies dezelfde passagiers en bemanning, maar met honderd dagen tussentijd. Tijdens de enorme storm waarin het toestel boven de Atlantische Oceaan is terechtgekomen moet er dus iets heel ongewoons gebeurd zijn, want vliegtuig en inzittenden zijn kennelijk verdubbeld. Het tweede toestel krijgt opdracht om de burgerluchthaven van New York links te laten liggen en te landen op de militaire basis Edwards. Alle inzittenden gaan er op hoog bevel linea recta in quarantaine. Een team van deskundigen op de meest uiteenlopende gebieden – natuurkundigen, medici, psychologen – probeert klaarheid in het raadsel te brengen, en vervolgens ook om de betrokkenen voor te bereiden op de confrontatie met hun dubbelgangers, die aan boord van de oorspronkelijke vlucht zaten en die door de geheime dienst worden opgespoord. Of eigenlijk, preciseert Le Tellier, is ‘dubbelganger’ hier niet het juiste woord: de betrokkenen worden geconfronteerd met zichzelf, maar dan een zichzelf dat honderd dagen langer geleefd heeft in plaats van zoek te zijn geraakt in de tijd.
Le Tellier maakt virtuoos en met aanstekelijk plezier gebruik van alle mogelijkheden die deze onwaarschijnlijke situatie een schrijver biedt. Prachtig schildert hij de diversiteit aan personages aan boord van het vliegtuig, de verrassingen waarvoor sommigen van hen gesteld worden wanneer zij zien wat de tijd in de zoekgeraakte honderd dagen met hen heeft gedaan en niet te vergeten de reactie van de overrompelde autoriteiten.
Al even virtuoos leidt de schrijver zijn personages naar een ontknoping die verrast, waarop de lezer zich onmiddellijk daarna realiseert dat hij eigenlijk al die tijd voor de hand lag: aan zoiets herkent men de hand van de ware meester.
Maar Le Tellier is meer dan enkel een voortreffelijk plotsmeder. Al vele jaren heeft hij een prominente plaats in ‘Oulipo’ – een groep schrijvers, voornamelijk in Frankrijk maar ook daarbuiten, die al tientallen jaren bestaat, en zich toelegt op het schrijven van teksten die een bepaalde beperking of een voorschrift moeten respecteren welke de schrijver zichzelf heeft opgelegd. Het bekendste voorbeeld van zo’n tekst is waarschijnlijk Georges Perecs roman ’t Manco, waarin nergens de letter ‘e’ voorkomt. De gedachte achter deze aanpak is dat zo’n zelfopgelegde regel de verbeelding van de schrijver stimuleert en hem, zo hoopt men toch, ertoe aanzet om boven zichzelf uit te stijgen. Le Tellier heeft in Anomalie elk personage een eigen literaire stijl toebedacht. Zo is het hoofdstuk over een huurmoordenaar waarmee het boek opent, geschreven in de droge stijl van een van de gewelddadige boeken van Mickey Spillane, halverwege de vorige eeuw een meester van de hard boiled thriller, een ander hoofdstuk heeft de vorm van een filmdialoog, een derde de stijl van een psychologische roman. Steeds is het genre van de tekst aangepast aan het te beschrijven personage. Die wisselingen van stijl en toon maken het boek erg levendig. Ook steekt de roman nog eens vol met verwijzingen naar en citaten uit de wereldliteratuur. Aan ons om ze thuis te brengen, maar lukt dat niet, dan is er geen man overboord, het verhaal is sterk genoeg om overeind te blijven – en zelfs om ook lezers die doorgaans niet veel ophebben met verhalen over tijdreizen en parallelle universums moeiteloos mee te slepen.
Erg leuk aan Anomalie is tenslotte dat de schrijver zijn toekomstroman voor de lezers controleerbaar heeft gemaakt. Het boek, dat in de zomer van het vorig jaar verscheen, speelt zich namelijk af in het voorjaar van 2021 – voor ons dus inmiddels alweer in het verleden. En we weten het al langer: voorspellen is moeilijk, vooral wanneer het om de toekomst gaat. Anders dan de schrijver voorzag, is – de hier overigens in een paar trekjes dodelijk geportretteerde – Donald Trump niet herkozen tot president van de VS. Voor wie geen kniesoor is verhoogt zo’n kleine, maar amusante oneffenheid nog de charme van Le Telliers literaire huzarenstuk. Alexandre Dumas zei het immers al: een schrijver mag de geschiedenis best verkrachten, als er maar mooie kinderen van komen. En de schrijver van ‘De drie musketiers’, kon het weten.
–
Eerder verschenen in Trouw
Vertaling Andreas Dijkzeul