Skip to content

Haal een stukje Frankrijk in huis!

De geschiedenis van mijn onvoorstelbare ouderdom – Lucas Zandberg – Recensie

Door Marjon Nooij.
Eerder verschenen op Met de neus in de boeken


Identiteitsfraude van de bovenste plank.

Française Jeanne Louise Calment (1875-1997) viel de eer te beurt om negen-en-een-half jaar lang de titel ‘oudst nog levende mens ooit’ te dragen, waarbij ze een Japanner ‘op leeftijd’ met ferme pas voorbij stevende. Volgens de documenten uit het bevolkingsregister van Arles – ze heeft Van Gogh nog persoonlijk gekend – heeft ze uiteindelijk bijna 122-en-een-half jaar geleefd. Sluitend bewijs zou je zeggen, ware het niet dat de data onlangs alsnog in twijfel zijn getrokken door een Russisch duo.

De (on)waarschijnlijke levensloop van de kranige Calment sprak Lucas Zandberg tot de verbeelding en hij gebruikte deze als basis voor zijn roman De geschiedenis van mijn onvoorstelbare ouderdom. Eerder al ging Rascha Peper hem voor, door facetten uit het leven van Calment als leidraad te gebruiken bij het schrijven van haar roman Kiew, Kiew. Fransman Michel Allard en het schrijversduo Lucien de Cock (Vlaams geriater) en zijn vrouw Helga Michiels – ze waren de laatste jaren van haar leven bevriend met Calment – hebben geschreven over haar leven en beslommeringen. Zandberg heeft er echter niet voor gekozen om haar exacte levensloop te beschrijven, maar heeft de wetenswaardigheden over deze vrouw creatief gebruikt en op geestige wijze verwerkt tot een roman over de levenswandel van zijn personage Hélène Dubois.

Renée en Célestin wonen met hun zoontje Étienne in het fictieve, slaperige dorpje Donsières. Veel te makken hebben ze niet, maar de bezoekjes van Renée’s moeder Hélène worden steevast vergezeld door een goed gevulde, welkome enveloppe. In tegenstelling tot haar dochter is het de jeugdige Hélène die, ondanks de zestig lentes die ze al telt, behept is met een gave, rimpelloze huid en een jeugdige uitstraling, waardoor er soms verwarring ontstaat over wie moeder of dochter is. Wanneer Hélène tijdens een logeerpartij nochtans volkomen onverwacht het loodje legt, is het Célestin die daar een slaatje uit wil slaan en derhalve wordt een plan geboren om onder de aanzienlijke successierechten uit te komen. Ze laten Renée sterven, zodat zij de identiteit en het vermogen van haar moeder over kan nemen. Een behoorlijk lucratieve business, die zij tot haar dood vol zal moeten houden. Al weet ze dan nog niet dat ze ‘behoorlijk’ oud zal worden.

Vanwege de angst voor ontdekking leeft het gezin teruggetrokken, onder het mom van; oma leeft – na het overlijden van haar dochter – samen met schoonzoon en kleinzoon. Het geluk lacht haar echter niet lang toe, want zowel Célestin als Étienne zijn geen lang leven beschoren.

Renée (ehhh, Hélène) moet in haar leven diverse hobbels nemen om niet door de mand te vallen. Zo ontmoet ze mensen die in haar de dochter herkennen, maar ook oude vriendinnen van de moeder die herinneringen willen ophalen. Maar al doende leert ze en er dient zich regelmatig een uitweg of foefje aan waardoor ze door de mazen van het net der onwaarheid weet te glippen.

Zandberg volgt de belangrijkste anekdotes die er bekend zijn uit het leven van Calment en lardeert deze met droge humor, hoewel hij ook de tragiek van zijn personage niet uit het oog verliest. Het verdient een compliment dat een mannelijk auteur vanuit het vrouwelijk ik-perspectief het verhaal op een geloofwaardige manier vertelt. In de tweede helft van het boek komt hij goed op stoom. De wat ouderwets aandoende taal, die goed aansluit bij de eerste helft van de twintigste eeuw, wordt wat losser en zijn hoofdpersonage steeds eigenzinniger. Tot een brandje in haar appartement roet in het eten gooit en ze het dringende advies krijgt te verhuizen naar een verzorgingshuis.

‘De ouderdom haalde mij in. Om mij heen vielen mijn vriendinnen uit de parochie als overrijpe appels van de boom. Ze maakten haast om het aardse bestaan af te sluiten. Om de haverklap droegen we een van ons ten grave, terwijl we ons allemaal afvroegen wie als volgende aan de beurt was, tot er op een dag een einde aan deze traditie kwam omdat ik als laatste overbleef. Ik had hen allemaal overleefd. Bij de laatste begrafenis in 1982 voelde ik me ernstig benadeeld, tot ik me herinnerde dat ik vierentachtig was.’

En Hélène’s ogenschijnlijk hoge leeftijd (vooral in combinatie met haar opmerkelijk kwieke uitstraling) trekt de aandacht van kranten en wetenschappers, maar ze vindt alle publiciteit maar niets, weigert zelfs om haar honderdste verjaardag te laten opluisteren met een persoonlijk bezoek van de burgemeester, en journalisten houdt ze liever op een afstand.
”Gefeliciteerd, mevrouw Dubois, u bent jarig en de oudste persoon van Frankrijk!’ riep hij overdreven luid en duidelijk. ‘Hoe voelt dat?’
‘Niet anders dan andere dagen, ‘ zei ik. ‘U hoeft trouwens niet zo te schreeuwen.’
‘Wat is het geheim van uw hoge leeftijd?’
‘Gewoon doorademen, niet doodgaan.’
‘En wat voor toekomst verwacht u?’
‘Een heel erg korte.”
Mevrouw Cornu, directrice van het verzorgingshuis, is bijzonder content met het feit dat de oudste-mens-ooit toevallig in háár domein woont en doet er alles aan om de krant te halen. Naarmate Hélène ouder wordt, groeit bij haar – ondanks dat ze op hoge leeftijd nog altijd zeer bij de pinken is, kringelt haar de mist van de reminiscentie af en toe in haar hoofd – navenant de angst voor verspreking en dit noopt haar om al bij leven foto’s en documenten te vernietigen die haar identiteitsfraude alsnog aan het licht zouden kunnen brengen. Zal iemand erin slagen om haar te ontmaskeren?

Op de leeftijd van 122 jaar en 164 dagen sterft Hélène. Ze werd ‘slechts’ 99 jaar.

Je kunt het boek hier bestellen

lucas zandberg – de geschiedenis van mijn onvoorstelbare ouderdom