Wat maakt Frankrijk toch zo typisch Frans? Die vraag stellen wij ons nog regelmatig.
Dit voorjaar maakten we lange wandelingen door de Bourgogne. Midden in de Côte d’Or liepen we door de eindeloze wijngaarden van de Grand Cru’s. De wijnstronken lieten hun eerste groene ranken uitschieten en er werd hard gewerkt door de Franse wijnboeren. We stopten op een heuvel en genoten van het uitzicht over de vallei. Bij de aanblik van zoveel noeste arbeid schoot me iets te binnen en ik vroeg aan mijn lief: “Valt je iets op?’ Ook na twee keer vragen kwam er geen antwoord. Ik zei: ‘Witte busjes.’ Daarop werd het even stil en kwam de reactie: ‘Inderdaad, ik zie het, bizar!’ Overal waar je keek zag je ze: witte busjes. Waarschijnlijk had ik het niet opgemerkt als ik Et Voilà! niet had gelezen.
De kracht van de korte verhalen van Asjha zijn de scherpe observaties. Het schijnbaar alledaagse krijgt een verhaal en laat je opnieuw kijken naar de kleine wereld van het dorpje (foto in dit artikel) waar ze leeft en de streek in de directe omgeving. In de Dordogne gaat op veel plekken het dorpse leven gewoon door.
Et Voilà! is opnieuw uitgebracht met 13 extra verhalen.
—–
Interview met schrijfster Asjha van den Akker
In eerste instantie was Spanje je favoriete vakantieland, waardoor is het uiteindelijk toch Frankrijk geworden?
Asjha van den Akker:
Spanje was inderdaad mijn eerste liefde, ik deed er twee keer een talencursus, at er ontelbare tapas, liftte met een vriendin kriskras door het hele land en nam in Nederland les in flamencodansen, dat laatste overigens zonder ook maar één flintertje talent.
Ed, mijn man, ging als kind al op vakantie in Frankrijk en was dol op het land. Ik vond Fransen arrogante kikkerbillenvreters die altijd chagrijnig deden tegen toeristen, het enige dat ik echt aantrekkelijk vond aan het land was Parijs. Ed haalde mij tien zomers geleden over om het toch een keer te proberen. Le reste appartient à l’histoire, zullen we maar zeggen. Het landschap, de geuren en kleuren, de huizen, het weer, het eten, de wijn, ik vind het allemaal prachtig en heerlijk … En: mijn vooroordeel klopte van geen kanten, de Fransen bleken stuk voor stuk heel aardig te zijn. De verliefdheid op Frankrijk is heel snel houden van geworden. Die liefde vieren we nu al zeven zomers in ons huis in de Dordogne. Overigens een streek waar Ed en ik allebei nog nooit waren geweest, maar dat is weer een ander verhaal.
De snor, Steak Frites, Kak Deel 2 en Oude Vandalen. Zomaar wat titels van hoofdstukken uit Et Voilà! De verhalen zijn luchtig geschreven en doorspekt met humor, bovendien zeer herkenbaar voor liefhebbers van Frankrijk.
Asjha van den Akker:
We wonen in de zomer in een klein Frans dorp waar op het eerste gezicht nooit wat gebeurt, maar als je goed kijkt gebeurt er van alles. Dat is, denk ik, het herkenbare in mijn verhalen: ik schrijf over de gewone dingen die we hier meemaken. Veel daarvan was voor mij nieuw: de supermarché, ergens op een domein wijn kopen, de was niet in een droger doen maar buiten ophangen, gedoe rond de septic tank, met een mand in de hand gegrilde kip kopen op de markt, stomme dingen zeggen in vakantie-Frans, een tuinman zoeken… Alles waar ik over schrijf is echt, ik verzin niks. En ik heb de mazzel dat ik een leuke man heb die al goed Frans sprak voordat we hier kwamen wonen. Hij is net als ik nieuwsgierig, hij kletst heel gemakkelijk met iedereen, dus via hem krijg ik ook veel informatie voor mijn verhalen.
Als er één ding is dat maakt dat je Et Voilà! steeds weer oppakt om verder te lezen dan is het de ‘liefde voor het leven, het spreekwoordelijke ‘joie de vivre’ dat uit alle verhalen spreekt. Ik heb gezocht naar een verhaal waar het woord ‘wijn’ niet in voorkomt, maar dat is niet gelukt…
Asjha van den Akker:
Hahaha, echt? Nou, dat klopt vast van die wijn. Dat heeft misschien te maken met het feit dat ik met een echte Bourgondiër getrouwd ben, maar inmiddels kan ik er zelf ook wel wat van. Ik hoor wel vaker dat de liefde voor het leven terugkomt in mijn verhalen. Het leven hier is natuurlijk ook heerlijk.
Wat ik nog niet eerder heb verteld, is dat ik eigenlijk ben gaan schrijven om mensen enthousiast te maken voor onze chambre d’hote. Een paar jaar geleden verhuurden we namelijk nog onze grootste kamer in het huis. Mijn plan was om over de gasten te schrijven en die verhalen op Facebook te publiceren, over wat je allemaal meemaakt als beginnende chambre d’hote-houder. Wat bleek? Ik had er totaal geen talent voor en ik vond het allemaal veel te veel gedoe, en voor gedoe was ik niet naar Frankrijk gegaan.
Maar het schrijven vond ik wel heerlijk, dus ging ik schrijven over de dingen die ik ontdekte in Frankrijk; de witte busjes die ik overal zag rijden, het houten ‘Facebook’ waarop in elk dorp het petanquetoernooi of dorpsfeest wordt aangekondigd, de bakkersvrouw die met al haar mannelijke klanten flirt, mijn allereerste keer de Tour de France meemaken en ons elke zomer failliet gaande dorpsrestaurant. De ontdekking van al dat moois geeft waarschijnlijk mijn verhalen die ‘joie de vivre’. Tegenwoordig schrijf ik meer over de bewoners van ons dorp en dat doe ik altijd met respect, want ik ben ook maar te gast in hun leven.
Je leeft in Amsterdam en de Dordogne. Dat klinkt als ‘het beste van twee werelden’.
Asjha van den Akker:
We woonden bijna vijfentwintig jaar in Amsterdam en na een paar jaar van het rustige dorpsleven hier in Frankrijk te hebben geproefd, durfde ik de stap in Nederland ook te zetten. Ed wilde namelijk al veel eerder de stad uit. Twee jaar geleden hebben we ons huis in Amsterdam verkocht en zijn we in een klein dorp gaan wonen, in Loenen aan de Vecht. Ik ben nog elke dag blij met die beslissing. Die stap had ik nooit durven zetten als ik niet het dorpsleven hier in Frankrijk had mogen proeven. Ik vind het heerlijk dat ik mijn buren ken, er wel eens een borrel mee drink of hen tegenkom bij yoga. Ik kom voor mijn werk als tv-eindredacteur nog wel in Amsterdam, ik ga er naar de film, uit eten met vriendinnen of even winkelen maar het wonen mis ik geen seconde. Dus ja, het werken in Nederland en ontspannen in Frankrijk is inderdaad het beste van twee werelden.
Heb je ondanks je drukke bestaan nog wel eens tijd voor een goed boek? Heb je voor de bezoekers van frankrijkboeken.nl nog leuke tips? Wat lees je op dit moment? Heb je favoriete Franse schrijvers?
Asjha van den Akker:
Ik lees altijd. In Frankrijk alleen veel en veel meer dan in Nederland. In Nederland zit ik al jaren met veel plezier in een superleuke boekenclub en daar lezen we vooral non-fictie. In mijn vrije tijd probeer ik licht met zwaar af te wisselen, een lekkere detective of thriller en dan weer iets van literatuur, Nederlands, Engels, Amerikaans of Frans. We hebben zowel in Nederland als in Frankrijk een volle boekenkast dus ik pak ook weleens een boek dat al een paar jaar eerder verschenen is. Ik heb laatst voor het eerst iets van Philippe Claudel gelezen, ‘Archipel van de hond’, en ik was enorm onder de indruk. Dat is echt zo’n boek waarvan je, als je de laatste zin hebt gelezen, denkt: wat prachtig geschreven. En tegelijkertijd: wat een schrijnend verhaal. Wat ik ook heerlijk vond om te lezen, het boek is al een paar jaar uit, is ‘Puur’ van Andrew Miller. Nee, geen Fransman, maar zijn boek gaat over een jonge ingenieur in de zeventiende eeuw die een oude, overvolle, stinkende begraafplaats in hartje Parijs moet vernietigen en daarvoor iets nieuws moet ontwerpen. Het is een lekkere dikke pil die, vooral als je Parijs een beetje kent, erg onderhoudend is.
Heb je plannen voor een nieuw boek?
Asjha van den Akker:
Gedurende de zomer schrijf ik elke week over ons leven in het dorp en die korte verhalen plaats ik op Facebook en (binnenkort) op mijn eigen site.
Eerlijk gezegd heb ik wel plannen voor een nieuw boek… We vinden de Dordogne heerlijk maar we gaan ook vaak een paar dagen naar de Middellandse Zee kust en daar in de buurt wonen trekt ons ook wel. Ik overweeg om over onze zoektocht naar ‘dat ene perfecte huis in de buurt van de zee’ te gaan schrijven. Wat gaan we allemaal meemaken? We hebben nog geen idee hoe of waar we willen wonen dus alles ligt nog open. Maar we hebben geen haast dus dat kan nog heel veel heerlijke zomers in de Dordogne gaan duren… En hoe dan ook, ik blijf schrijven.
Je vindt Et Voila! hier!