Bundel met 19 verhalen rond de relatie tussen moeder en dochter, meestal gezien vanuit de dochter, soms vanuit de moeder. Die verhouding is zonder uitzonderling grimmig en vilein, verwrongen als zij is door gevoelens van verstikkende jaloezie, meedogenloze onverschilligheid, haat of ongekende wreedheid. Opspelend schuldgevoel wordt wederzijds omgezet in genadeloze onderdrukking. Moeders zijn boze feeen die vriendschap met hun dochter veinzen, maar door afgunst geregeerd worden; heks, feeks of duivelin is de moeder die haar dochter drogeert, met ziekte terroriseert of uitlevert aan de vader. In dat verband laat de titel zich moeiteloos lezen als een anagram van incest. De auteur (1975, Boulogne), die na een afgebroken studie letteren in 2000 debuteerde met de roman ‘Le Grenier’, schrijft in een toegankelijke, maar verontrustend laconieke stijl huiveringwekkende psychologische verhalen, waarin voor harmonie of illusie van geluk geen plaats is. Op het stofomslag een bewogen portretfoto in kleur van een jonge vrouw met donkere bril; belettering in blauw en zwart. Normale druk.
