Een filosofische Tour de France
Topwielrenner en filosoof Guillaume Martin neemt de lezer mee achter de schermen van de wielersport én zet aan tot denken over het onderscheid tussen fysieke topprestaties en intellect.
Topwielrenner Guillaume Martin werd in 2019 twaalfde in de Tour de France. En hij is filosoof. Die combinatie vinden mensen soms moeilijk te begrijpen. Om af te rekenen met vooroordelen en duidelijk te maken dat er geen enkele reden is om onderscheid te maken tussen het hoofd en de rest van het lichaam, neemt Martin ons in Socrates op de fiets mee achter de schermen van de wereld van het topwielrennen – én zet hij ons aan het denken.
“We moeten doen als een denker en denken als een doener,’ zei Bergson al. Hoe zouden Socrates, Aristoteles, Nietzsche en consorten het aanpakken als ze aan de start stonden van de Tour de France? Zou de intelligentie van deze merkwaardige sporters, deze “wielosofen’, voldoende zijn om de zo felbegeerde gele trui te veroveren? Op de fiets, zo wordt al snel duidelijk, verandert ons besef van tijd en ruimte en neemt contemplatie andere wegen dan we gewend zijn. Zo kan het gebeuren dat Heidegger in een greppel terechtkomt, Socrates de kop van het peloton overneemt en Sartre de Franse ploeg coacht. Een ding is duidelijk: fysieke topprestaties hoeven niet in strijd te zijn met intellectuele activiteiten.
Socrates op de fiets is even speels als onderhoudend, een betoog vol diepzinnige gedachten en een enerverend wielerboek in een.