Inez de Goede schreef de roman Droomhuis (Uitgeverij Orlando) gebaseerd op haar kindertijd in Frankrijk. Eind jaren 70 vertrekt een familie naar Midden-Frankrijk om een nieuw bestaan op te bouwen. Moeder Mara hoopt daar te genezen van haar depressie, maar is zo met zichzelf bezig dat ze niet doorheeft dat haar nieuwe partner wel erg veel tijd met haar dochter doorbrengt. Eenmaal volwassen trekt dochter Lot terug naar het ouderlijk huis om de gebeurtenissen uit haar kindertijd te ontrafelen. Droomhuis is een indringende roman over de relatie tussen een moeder en een dochter en de gevolgen van een verzwegen verleden.
Op Instagram @ inezdegoede houdt Inez een fotodagboek bij van de renovatie van haar boerderijtje in de Creuse.
Droomhuis is een aangrijpende roman over een Nederlands meisje dat opgroeit in Frankrijk. Kun je iets vertellen over je boek en waarom je het hebt geschreven?
Ik liep al een tijdje rond met het idee om een boek over mijn kindertijd in Frankrijk te schrijven. Ze zeggen wel eens dat een moeilijke jeugd een goudmijn is voor schrijvers, dus ik dacht hoe fijn zou het zijn als ik al het nare kan omzetten in iets moois.
Het heeft even geduurd voordat ik de juiste vorm vond voor het vertellen van mijn verhaal. Ik heb uiteindelijk gekozen voor een roman met drie perspectieven: dat van Mara, een moeder die samen met haar dochter Lotje en nieuwe partner naar Frankrijk emigreert in de hoop op een nieuw bestaan, dat van de dochter als kind en dat van de dochter als volwassene die jaren later terugkeert naar het ouderlijk huis in Frankrijk om te ontrafelen of de gebeurtenissen van vroeger iets te maken hebben met de angsten die ze in het heden ervaart.
Het is ook het verhaal van een emigratie naar Frankrijk en de dingen die daarbij komen kijken, zoals het leven op het platteland, de omgang met de dorpsgenoten, het leren van de taal en het aanwennen van nieuwe gewoontes. Daarnaast beschrijf ik de dynamiek van een disfunctioneel gezin waarin Lotjes stiefvader misbruik maakt van het vertrouwen dat Mara en Lotje in hem hebben.
Met Droomhuis hoop ik invoelbaar te maken hoe moeilijk het kan zijn om je los te maken uit een situatie van grensoverschrijdend gedrag en hoe dit jarenlang kan blijven doorwerken. Toch is het ook een verhaal waaruit hoop en troost geput kan worden.
Je hebt zelf inmiddels ook een huis in Frankrijk gekocht. Kun je daar iets over vertellen?
In 2019 kochten mijn man en ik een kleine vervallen boerderij in hetzelfde gebied waar Droomhuis zich afspeelt. Ik had die wens al heel lang, om ergens in Frankrijk weer een eigen plek te hebben. Bijna iedere zomervakantie gingen we met het gezin naar Frankrijk. Steeds een ander gebied. Toen we na een zeer hete en droge week in het Zuiden op terugreis naar Nederland in de Creuse overnachtten, was mijn man op slag verliefd op het weelderig groene glooiende landschap. Niet lang daarna kwam ik ons boerderijtje tegen op LeBonCoin. Het zag er verwaarloosd uit maar vervulde alle wensen; het had een grote schuur, een weiland met uitzicht, buren, een waterput en het interieur was nog helemaal in originele staat. Het stond voor een habbekrats te koop en als ik nog een klein beetje verder onderhandelde hadden we net genoeg om ook het dak van het huis te kunnen vervangen, want dat was wel een dingetje; de daken van het huis en de schuur waren zo lek als een mandje. Inmiddels hebben we alle daken laten vervangen en is de electriciteit ook weer aux normes. Ons volgende grote project is de fosse septique en de afwatering rondom het huis. Er is altijd iets te doen!
Wat trekt jou zo aan in Frankrijk?
Wanneer je een tijd in een ander land hebt gewoond, dan kruipt de cultuur onder je huid, of je het nu wilt of niet. De taal, de mensen en hun gewoontes, de Franse humor, de natuur, het eten… Ik voel me intens verbonden met Frankrijk. Misschien zit het ook in de familie. Begin jaren 70 woonde mijn vader een tijdje in de Pyreneeën en in de jaren 30 trok mijn oma van Parijs naar Biarritz met haar toenmalige echtgenoot die jazzmuzikant was. De volwassen dochter van mijn stiefvader woonde in Zuid-Frankrijk en daar ging ik vanaf mijn vijfde ieder jaar naar toe. Frankrijk heeft altijd vertrouwd gevoeld. Zodra ik de grens overga voel ik me thuis. Ik schakel meteen over naar het Frans en wil ’s middags weer warm eten, de tijd nemen om drie gangen klaar te maken. Ik hou van zowel de grote steden, met name Parijs, als van het platteland, van Normandië en de Midi, en alles daartussenin. Ik voel me eigenlijk altijd goed in Frankrijk.