Franse Nobelprijswinnaars literatuur
De Nobelprijs voor Literatuur wordt jaarlijks toegekend aan een auteur, die, in de woorden van Alfred Nobel, het meest opmerkelijke werk met een idealistische trend heeft geschreven. Het werk refereert hier aan het oeuvre van de auteur in het geheel en niet aan een werk specifiek, alhoewel er soms wel een afzonderlijk werk wordt aangehaald bij de uitreiking van de prijs. De Zweedse Academie beslist elk jaar wie de prijs toegekend krijgt en publiceert deze naam rond begin oktober.
Critici van de Nobelprijs verwijzen naar de vele prominente schrijvers die nooit zijn bekroond. Ook is de prijs aan geen enkele Nederlands schrijvende auteur toegekend, al bleek uit de geopenbaarde archieven dat Stijn Streuvels en Simon Vestdijk ooit waren genomineerd, en Huizinga in 1939 zelfs tot de laatste drie kanshebbers behoorde. De Belg Maurice Maeterlinck ontving de Nobelprijs voor Literatuur in 1911. [wikipedia]
De prijs is relatief vaak toegekend aan een Franse schrijver, maar liefst 16 keer.
Toen Jean-Paul Sartre in 1964 de Nobelprijs voor Literatuur werd toegekend, weigerde hij, omdat hij bang was dat de prijs hem van zijn vrijheid zou beroven door hem op een voetstuk te plaatsen.
1901 Sully Prudhomme
1904 Frédéric Mistral
1915 Romain Rolland
1921 Anatole France
1927 Henri Bergson
1937 Roger Martin du Gard
1947 André Gide
1952 François Mauriac
1957 Albert Camus
1960 Saint-John Perse
1964 Jean-Paul Sartre (geweigerd)
1985 Claude Simon
2000 Gao Xingjian
2008 Jean-Marie Le Clézio
2014 Patrick Modiano
2022 Annie Ernaux

